Ontmoet onze kandidaten! Vandaag stellen we je voor aan Arabella Burgers (44), dierenarts en nummer 3 op de lijst van Vrede voor Dieren.
Toen Arabella Burgers -nummer 3 op de kandidatenlijst van Vrede voor Dieren- door Pascale Plusquin gebeld werd met de vraag of ze mee wilde doen aan Vrede voor Dieren, was ze vereerd. “Ik vond het geweldig en ik wilde graag van de partij zijn. Maar eerlijk gezegd moest ik over het woord Vrede wel even nadenken. Ook ik voelde angst door alles wat er momenteel in de wereld speelt, met dreigingen van alle kanten. Ik merkte hoe makkelijk je meegesleept wordt in de heersende oorlogsretoriek. Maar na me goed te verdiepen, kies ik nu bewust voor kalmte en diplomatie: voor pragmatisch pacifisme. Want er dreigen meer gevaren dan oorlog alleen, zoals de biodiversiteits- en klimaatcrisis, en die los je in elk geval niet op met meer wapens of door de natuur en het milieu verder te vernielen. Als Vrede voor Dieren zich in de Tweede Kamer kan manifesteren als kleine maar principiële partij, kunnen wij de vinger aan de pols houden en op de rem trappen wanneer anderen blindelings leiders als Trump volgen. We moeten voorkomen dat angst uitmondt in escalatie en een onhoudbare wapenwedloop.”

De bio-industrie
De sinds de Tweede Oorlog ontstane bio-industrie is een gevestigd systeem geworden, waar ook dierenartsen in opleiding zich bij dienden aan te passen en hooguit konden trachten de situatie voor dieren die erin zaten, te verbeteren.
Arabella Burgers volgde een opleiding voor veearts en kon af en toe haar tranen niet bedwingen toen ze ondervond hoe er in de praktijk met dieren wordt omgegaan.
“Het is een organisatiestructuur waarin dieren als producten worden gezien, die zo snel en efficiënt mogelijk zoveel mogelijk moeten opleveren, tegen een zo laag mogelijke prijs: er moet gewoon geld verdiend worden. Dieren worden stelselmatig ernstig in hun welzijn aangetast. Kritische vragen werden nauwelijks gesteld, laat staan gewaardeerd. Bij mijn afstuderen werd ik dan ook spottend wannabe Marianne Thieme genoemd, omdat ik me zo druk maakte over het lijden van de dieren in deze verschrikkelijke bio-industrie.”
Caring Vets
In 2016 werd een motie van de Tweede Kamer, om kalveren langer bij hun moeder te laten, door de toenmalige staatssecretaris van Landbouw naast zich neer gelegd, nota bene mede op advies van dierenartsen. Arabella was diep teleurgesteld door de houding van haar beroepsgroep en stuurde een opiniestuk naar de NRC, met een oproep aan dierenartsen om ook aan de belangen van het dier te denken.
“Op dat artikel kreeg ik heel veel positieve reacties van collega’s, ook van gepensioneerde landbouwhuisdieren- en NVWA dierenartsen, die geen direct commercieel belang meer hadden bij de veehouderij.”

Dit alles leidde uiteindelijk tot de oprichting van Caring Vets, een organisatie die inmiddels samen met Caring Docters en Caring Farmers is uitgegroeid tot de Caring Movement.
Arabella :”Samenvattend verzet Caring Vets zich tegen het huidige veehouderijsysteem waarin dieren structureel lijden. Caring Farmers zet zich in voor een natuur inclusieve dierwaardige kringlooplandbouw en minder pesticiden gebruik en Caring Doctors vraagt aandacht voor gezond, grotendeels plantaardig en biologisch voedsel en een gezonde leefomgeving. Samen laten we zien dat het anders kan. De Caring Movement geeft me hoop: zoveel professionals met kennis die hetzelfde toekomstbeeld delen.”
Vrede voor Dieren
“De vee-industrie moet niet cosmetisch verbeterd worden, maar helemaal afgeschaft. Dat is mijn missie.”
“Toch heb ik er echt moeite mee dat er in feite nog weinig structureels verandert voor dieren, natuur en milieu. De ellende blijft maar doorgaan. Ik wil proberen meer te doen. Daarom kies ik nu voor de politiek. Ik wil me inzetten voor een zorgzame staat, waarin welzijn en gezondheid van mens én dier boven de winst van grote bedrijven staan. Met Vrede voor Dieren wil ik bijvoorbeeld zichtbaar maken dat het huidige systeem van de vee-industrie fundamenteel niet deugt. Het moet niet cosmetisch worden verbeterd, maar geheel worden afgeschaft. Dat is mijn missie.”
